De eerstkomende uren is er geen waarschuwing van kracht, en is het nog zonnig. Later in de middag, vanaf ca. 15 uur, bereiken stevige onweersbuien het zuiden.
In de avond trekken de onweersbuien verder over Nederland. Bij de buien kan veel neerslag in korte tijd vallen, is plaatselijk hagel tot ca. 2 cm mogelijk en kunnen ook plaatselijk zware windstoten tot 80 km/uur voorkomen.
Verkeer en buitenactiviteiten kunnen hiervan hinder ondervinden.
Uitleg over onweer en bliksem
Onweer ontstaat door wrijving tussen sterk stijgende warme lucht en sterk dalende koude lucht. In onweerswolken stromen sterk stijgende warme lucht en sterk dalende koude lucht vlak langs elkaar met snelheden van maximaal honderd kilometer per uur. Met die stromingen worden ook elektrisch geladen deeltjes meegevoerd, waardoor de wolk als een enorme condensator wordt opgeladen. Daardoor worden ontladingen mogelijk tussen de wolk en andere wolken of tussen de wolk en de aarde. Dit leidt tot bliksem en donder.
Bliksem en donder
Bliksem is een elektrische ontlading tussen een wolk en de grond of tussen twee wolken. Een bliksem van een wolk naar de grond wordt verticale ontlading genoemd, van wolk naar wolk horizontale ontlading. Een ontlading ontstaat bij een groot ladingsverschil dat wordt veroorzaakt door stijgende en dalende bewegingen in de wolk.
Donder wordt veroorzaakt doordat de lucht die direct grenst aan de bliksemschicht plotseling zeer sterk wordt verwarmd en daardoor zeer snel uitzet. Deze uitzetting veroorzaakt een geluidsgolf. Het geluid van de donder legt in drie seconden een afstand van ongeveer één kilometer af. Het tijdsverschil tussen bliksem en donder geeft een indicatie voor de afstand tot het onweer.
Ontstaan onweer
Zware onweersbuien ontstaan in een vochtig overgangsgebied van zeer warm (tropisch) naar veel kouder weer. Tijdens zo’n bui kan de temperatuur in minder dan een half uur 10 tot 15 graden dalen. De buien worden het hevigst als er op grote hoogte in de atmosfeer een zeer sterke wind staat (straalstroom).
Neerslag
De buienwolken kunnen uitgroeien tot ongeveer 15 kilometer hoogte. Ze bevatten een enorme hoeveelheid onderkoeld water en op grote hoogte ijskristallen. Ze kunnen dus veel neerslag opleveren. Sommige buien leveren meer dan 10 millimeter in een half uur op.
Hagel
In zo’n wolkencomplex met sterk stijgende en dalende luchtstromingen hebben de druppels een lange weg te gaan voor ze het aardoppervlak bereiken. Daardoor kunnen ze alsmaar groter worden en dat verklaart de flinke druppels of hagelstenen die uit een zware bui vallen. Zware onweersbuien kunnen hagelstenen zo groot als tennisballen produceren.
Windstoten
Buien groeperen zich vaak langs lijnen, die worden voorafgegaan door windstoten. Het gevaarlijke weer is in de lucht te herkennen aan buidelvormige wolken aan de rand van het buiengebied. De wind kan al opsteken als de eigenlijke bui nog tientallen kilometers verwijderd is. Dit is zeer verraderlijk.
Bijzonder zware buien worden soms voorafgegaan door een rolwolk. Ook overdag kan het dan aardedonker worden. Een rolwolk wordt vergezeld door enorme en plotselinge windstoten van soms 100 tot 150 kilometer per uur.
Valwinden en windhozen
Onweer kan samengaan met valwinden en windhozen. Maar meestal blijft het bij een begin van hoosvorming in de lucht. Reikt de slurf wel tot de grond, dan is schade onvermijdelijk.