Het wetsvoorstel afbouw salderingsregeling van minister Jetten (Klimaat & Energie) zit zo vol onzekerheden dat huishoudens afhaken bij het kopen of aanleggen van zonnepanelen. Dat zeggen Aedes, de Consumentenbond, Vereniging Eigen Huis, Vereniging van Nederlandse Gemeentes en de Woonbond in een brief aan de minister en de Eerste Kamer.
Volg ons WhatsApp-kanaal om op de hoogte te blijven. Klik op deze URL om lid te worden: https://whatsapp.com/channel/0029VaErz5mE50Uk6ksqJS3T
De organisaties roepen de Senaat op om tijdens het debat op 6 februari het wetsvoorstel, zoals het er nu ligt, niet te steunen.
Volgens het wetsvoorstel moet de salderingsregeling voor huishoudens met zonnepanelen tussen 2025 en 2031 stapsgewijs worden afgebouwd. Vanaf dan kunnen consumenten de stroom die ze in de zomer opwekken niet meer verrekenen met stroom die ze in de winter verbruiken. De organisaties zien dat de animo bij particulieren voor zonnepanelen fors terugloopt.
Geen garantie terugverdientijd
De minister zegt dat zonnepanelen in 7 jaar terugverdiend worden, maar biedt hiervoor geen garantie. Zonder deze garantie neemt de bereidheid van huurders af om panelen te laten plaatsen en is het te onzeker voor kopers om in zonnepanelen te investeren, zeggen de organisaties. Daarnaast hebben de organisaties kritiek op de gedateerde gegevens waar de minister zich op baseert. Zo houdt hij er geen rekening mee dat steeds meer energieleveranciers de kosten voor salderen afwentelen op zonnepaneelbezitters. En gaat hij er vanuit dat zonne-installaties goedkoper worden in de toekomst. Een wetsvoorstel baseren op onzekere aannames vinden de organisaties riskant.
Volgens de belangenbehartigers is de minister ook veel te optimistisch over de mogelijkheden die consumenten hebben om stroom te gebruiken op het moment dat zij die opwekken. Slimme apparaten die hierop kunnen inspelen zijn er nog nauwelijks en ook de thuisbatterij is volgens studies de komende 15 jaar geen reële oplossing. Dat laatste wordt door de minister onderkend. En zelfs als deze technieken ruimschoots beschikbaar zijn, zijn veel huishoudens niet in staat om deze extra investeringen te doen.
Duidelijke spelregels noodzakelijk
Een andere onzekerheid in het wetsvoorstel, is de terugleververgoeding. De stroom die consumenten opwekken en niet zelf gebruiken, kunnen zij teruggeven aan het net. Daar krijgen ze een vergoeding voor van de energiemaatschappij. In 2025 en 2026, zo staat in het voorstel, moet dit minimaal 80 procent van het kale levertarief zijn. Daarna bepaalt de markt de hoogte van de vergoeding, waarbij de Autoriteit Consument & Markt tweejaarlijks evalueert of die vergoeding redelijk is. ‘De huidige wildgroei aan maatregelen die energieleveranciers nu treffen ten nadele van huishoudens met zonnepanelen illustreert wat er kan gebeuren als duidelijke spelregels ontbreken en het aan de markt zelf wordt overgelaten’, aldus de briefschrijvers. De organisaties willen een gegarandeerde langjarige minimumvergoeding in de wet.
Huurders
De onzekerheden zijn ook funest voor de verdere uitrol van zonnepanelen op huurhuizen. Verhuurders kunnen huurders zonnepanelen aanbieden in ruil voor hogere servicekosten. Maar als de huurder daar geen substantiële vermindering van de energierekening tegenover ziet, haakt hij af. Minister Jetten wil de sector tegemoetkomen met een investeringssubsidie van 100 miljoen euro, maar dat is volgens de belangenorganisaties bij lange na niet genoeg om 1,2 miljoen woningen van installaties te kunnen voorzien. Het potentieel van huurdaken om bij te dragen aan verduurzaming blijft dan voor een groot deel onbenut.
Bied voldoende alternatieven
De belangenorganisaties zijn niet tegen de afschaffing van de salderingsregeling an sich. Maar, zo stellen ze, afbouw van de regeling kan alleen worden overwogen als het alternatief voldoende zekerheid en vertrouwen geeft aan huurders en woningeigenaren met een kleine portemonnee. Daarover gaan ze graag met de minister in gesprek.